Samenlevingen en maatschappijvormen

Velen vragen ons welke maatschappijvorm willen jullie nu eigenlijk? Steeds moeten we zeggen: echte democratie: een socialistische maatschappij. Een socialistische maatschappij is echte democratie. 99.9 procent van de mensen heeft daarin een stem. Dat is uniek. De maatschappij heeft de laatste drieduizend jaar al vele vormen gehad. Voor de huidige westerse democratie en voor de socialistische landen er waren, waren het feodalisme en de slavenhoudersmaatschappij de belangrijkste maatschappijvormen die er zijn geweest. Dit artikel wil de verschillen behandelen van deze vier belangrijkste maatschappijvormen. Dit omdat het van belang is het onderscheid te weten tussen deze vier en bepaalde kenmerken te leren onderscheiden omdat bijvoorbeeld de voorstanders van de socialistische maatschappijvorm moeten leren van de door het socialisme gemaakte fouten.

Figuur 1. Echte diktatuur: een alleenheerschappij

In de slavenhoudersmaatschappij was een persoon - de farao - de baas over 99.99 procent van de bevolking. De bevolking waren grotendeels slaven die werkzaam waren op het land of waren ingeschakeld bij grote projecten ter eer en glorie van deze alleen- heerser. Dit was echt wat je noemt diktatuur: een alleenheerschappij.

Figuur 2. Diktatuur van de feodale vorsten

In het feodale tijdperk was een kleine bovenlaag van groot-grondbezitters de baas over al haar ingezetenen. het feodalisme was met het kapitalisme te vergelijken door dat niet het kapitaal (geld) in handen was van de bezittende klasse, maar al de grond. De feodale vorsten trokken rente (grondrente) van pachters. Kleine boeren waren pachters en waren voor 100 procent gebonden aan de machthebbers. Je kon grotendeels spreken van lijfeigenschap. Dit was het tijdperk van de diktatuur van de feodale vorsten.

Figuur 3. Democratie is feitelijk een diktatuur van de meerderheid plus een.

In de burgerlijke democratie zoals we die in vele gedaanten kennen is feitelijk en concreet sinds 1795 de verlichte burgerij aan de macht. De burgerij heeft de macht kunnen overnemen van de feodale vorsten mede omdat uitvindingen en productiewijzen het mogelijk maakten dat eenlingen door middel van goed ondernemerschap konden uitgroeien tot grote machtige conglomeraten van bedrijven en handelscentra. Deze centra konden werk bieden aan miljoenen arbeiders. De arbeiders waren relatief en absoluut feitelijk altijd in de minderheid. Zeker t.o.v.. boeren en de niet-loonafhankelijke burgerij. Deze maatschappijvorm wordt altijd het meest democratisch genoemd, maar is feitelijk en uiteindelijk altijd een soort diktatuur: de diktatuur van de meerderheid plus een.

Figuur 4. Diktatuur van het proletariaat: volksdemocratie ...

Toen in 1917 het Russische volk onder leiding van de Sovjets de staatsmacht overnam werd de overgrote meerderheid (zeg maar 99 procent) de baas over een minieme minderheid (zeg maar verwaarloosbaar klein zo niet nul...). De maatschappelijke piramide werd voor het eerst in de geschiedenis op zijn kop gezet. Men noemde deze staatsvorm - als reactie op de vorigen - diktatuur van het proletariaat. Helaas werd deze staatsvorm van het begin af aan niet begrepen door de massa en met name niet door de gelijkgeschakelde pers die daarop de massa op dit punt ook nog eens probeerde te ontmoedigen.

Deze maatschappijvorm is wellicht - en vooralsnog - een brug te ver geweest. Er ontstond in de bovenste helft van de omgekeerde piramide een nomoclatura die op een of andere manier de macht aan zich wist te binden. Maar of dat nu de oorzaak van het verval der socialistische landen is geweest weiger ik te betwijfelen. Immers in Cuba is het wel goed gegaan. Daar heerst echte volksdemocratie. Een soort sovjets of volkscommitees. En zo hoort het ook.

Hiermee is aangetoond - of in ieder geval duidelijk gemaakt - dat communisme volstrekt iets anders is dan dictatuur, integendeel het is 100 procent het tegenovergestelde, namelijk echte democratie.

Tot zover deze analyse.

=== back home ===