Over de situatie van de communstische partij in Nederland vanaf 1982 tot 2003

door Rik Min

Heel veel mensen weten niets af van de splitsing in de communistische beweging. Ook worden er vele onwaarheden gesproken. Velen spreken onduidelijke taal. Dergelijk onduidelijkheden leiden tot misverstanden.

Ondergetekende is vanaf het begin lid van het HOC, het horizontaal overleg van communisten, de stichting die vanaf de CPN-tijd tot nu Manifest uitgeeft (1983 - 2003). Ook was hij lid van de horizontalen en later het verbond van communisten in Nederland: de VCN, en weer later de VCN, de partij van communisten van Nederland.

Van november 1985 tot 1992 heeft het VCN als volwaardige - landelijke - partij bestaan, en o.a. tweemaal meegedaan met de tweede kamerverkiezingen. Ook werd er meegedaan aan gemeenteraadsverkiezngen, o.a. hier met afdeling Twente met gemeenteraadsverkiezingen in Enschede. Er was dus 7 jaar lang geen enkele andere communistische partij in Nederland. Dat is zeer een belangrijk historisch feit geweest. In die periode is de fakkel door de VCN dus landelijk brandend gehouden.

Het uiteindelijke opheffen van de CPN, en de naam CPN, hebben de zogenaamde 'vernieuwers' bewust laten aanslepen tot juni 1991, om verwarring te zaaien dat de VCN zou zijn 'afgesplitst'. Niets was/is minder waar. De Ina Brouwersen en de Hoekstra's c.s. zijn afgesplitst, namelijk, in 1984, van de communistische beweging. Wij zijn met het verbond van communisten doorgegaan met het communisme; in 1985, als landelijke partij. Zeven jaar lang was de VCN de enige landelijke communistische partij in Nederland. Het VCN is in 1984 een partij geworden, omdat het congres van de CPN, in drie opeenvolgende weekenden, 4 en 5 februari, 12 februari en 26 februari 1984, besloot de partij, als communistische partij, op te heffen.

Vaak valt de opmerking "wat er overbleef van de CPN". Er bleef namelijk niks over. Aleen het HOC, de VCN en het communistisch weekblad Manifest. De is in 1984 ter ziele gegaan als communistische partij en als drager van de communistische beweging in Nederland. Zelfs van het begrip eurocommunisten is daarna niets meer vernomen.

Sommige kamaraden, communisten in Groningen, vooral in Oost Groningen, waren geen lid van het VCN en opereerde (blijkbaar) onder de naam CPN. Dat hebben wij nooit goed geweten. Een feit is dat deze oost-Groningers, in 1991, van Truus Dievendaal, de naam CPN definitief moesten inleveren; vanwege het merk-recht. De VCN is er dus niet echt 'mee opgehouden'; integendeel.

In oost-Groningen waren er tussen 1984 en 1991 (blijkbaar) nog wel mensen onder de naam CPN en zelfs als communist, en zelfs in gemeenteraden, actief. Ze waren (jammer genoeg) geen lid van het VCN. Maar de oude stichtingsbestuur van de CPN verbood hen rond 1991, de naam CPN nog langer te dragen. De partij zelf was inmiddels geheel van karakter veranderd; anti-communistisch tot en met Ze scholden ons voortdurend uit als 'Stalinisten'.

Er waren in het land nog wel een aantal losse, ongeorganiseerde communisten. Maar de VCN was de enige georganiseerde macht. De VCN en het HOC de uitgeefster van Manifest, speelde jarenlang een belangrijke, bindende rol; ook voor de ongeorganiseerden. De afkorting 'CPN' werd hen en ons voortdurend verboden. De naam CPN was rond 1991 definitief - voor vijftig of honderd jaar - een gedeponeerd merk geworden. Dat hadden Ina Brouwer, Truus Dievendaal en Marcus Bakker zo bepaald.

Bij de oprichting van de NCPN november 1992 waren de feiten eenvoudig: er was sprake van een samengaan van drie groepen: de een was landelijk georganiseerd: de VCN met het HOC en Manifest; de twee anderen regionaal: resp. de Groninger Communisten en de Brabantse communisten. Het was een fusie. Partijloze communisten sloten zich op het oprichtingscongres daarbij aan. Manifest werd de krant van de NCPN. Landelijk ging de VCN dus verder; en hield er dus niet mee op! Door deze fusie werd de partij landelijk, een grotere, bredere stroom. Net als de Groningse en de Brabantse communisten er door versterkt werden; en iedereen er op vooruit ging. Wij, de VCN en later de NCPN, zijn de onafgebroken, landelijke voortzetting van de communistische partij Nederland. Wij hebben daar altijd naar gehandeld en wij hebben dat altijd zo gezien. De vernieuwers, de GroenLinksers, waren vanaf 1984, geen communisten; en kunnen dus geen voortzetting van de communistische beweging in Nederland zijn. Van 1985 tot 1992 is dat de verdienste van de VCN, partij van communisten in Nederland geweest.

Rik Min,
NCPN Twente, Schopmanlanden 22, 7542 CN enschede

Enschede, Maart 2003