Democratie op de werkvloer – bijdrage van Frank op de Nieuwjaarsbijeenkomst van 2 februari 2018 te Enschede.

Democratie, cooperaties en socialisme: samenvatting van de discussie (door Mark Jan Smit)

We weten allemaal hoe het kapitalisme werkt. Zij behaalt de meerwaarde door de werknemers voor haar te laten werken. De werknemers krijgen loon, maar zij produceren meer dan het loon dat zij voor hun arbeid ontvangen. Dit noemen we de meerwaarde. Deze meerwaarde wordt voor een groot gedeelte geïnvesteerd in product- en productieverbeteringen en voor marketingsdoeleinden en reclame om de producten aan de man te brengen. Ook moeten de administratieve taken en het management hieruit betaald worden. Daarnaast moet een deel van deze meerwaarde als belasting afgestaan worden, mede ter financieringen van publieke voorzieningen zoals zorg, onderwijs en sociale zekerheid. Het gedeelte dat overblijft is winst voor de aandeelhouders van de kapitalistische onderneming. Hoe gaat dit in het socialisme? Precies hetzelfde, met als belangrijk verschil, dat de winst niet naar de aandeelhouders gaat, maar terecht komt in de algemene middelen ten bate van dezelfde werknemers die deze meerwaarde geproduceerd hebben en de gehele bevolking. Kortom, een veel rechtvaardiger systeem. Wij communisten stellen ons natuurlijk tot doel om kapitalistische samenleving te vervangen door een socialistische samenleving. Maar wij zien ook wel dat een klassieke revolutie, zoals de Russische Revolutie, onder de huidige omstandigheden niet realistisch is. Maar we kunnen ook andere wegen bewandelen om tot hetzelfde doel te komen.

Coöperaties

Veruit de meeste bedrijven en organisaties, zeker in het kapitalisme, zijn hiërarchisch georganiseerd. De zeggenschap ligt bij de aandeelhouders. Zij stellen een directie aan die vervolgens afdelings- of divisiemanagers aanstellen die de werknemers aansturen. Democratie is in dit soort organisaties ver te zoeken. De ondernemingsraad speelt een zeer marginale, vooral adviserende rol in de belangrijke organisatiebesluiten van een onderneming. Van directe, democratische beïnvloeding, van onderop is absoluut geen sprake. Dit soort organisaties zijn strikt top-down georganiseerd. Hoe gaat dit in een coöperatieve onderneming? Coöperaties bestaan al vele jaren, zowel in kapitalistische als socialistische landen. Cuba heeft hierin al stappen gemaakt. Maar ook in het kapitalistische Westen bestaan coöperaties, zoals in Spanje de grote onderneming Mondragón en het coöperatieve dorp Marinaleda. Beide slagen er al tientallen jaren in om hun coöperaties succesvol in stand te houden en uit te bouwen. Een coöperatie is in het geval van Mondragón in handen van de werknemers en in het geval van Marinaleda van de inwoners. De coöperatie kent ook een directe met daaronder één of meerdere managementslagen. Het belangrijkste verschil met een hiërarchische onderneming is, dat het management gekozen wordt door de werknemers. Een coöperatie is tegelijkertijd top-down als bottom-up georganiseerd. Het belangrijkste van een coöperatieve onderneming is, dat de werknemers bepalen wat er met de gecreëerde meerwaarde gebeurt. Uiteraard moeten zij hiervan een deel als belasting afstaan ter financiering van de algemene middelen, ook in een socialistische samenleving. Gebeurt dat niet, dan gaat de staat failliet. Dat hebben we gezien in Joegoslavië, waar het arbeiderszelfbestuur te ver doorgezet is en ten koste ging van de algemene middelen.

Coöperaties als strijdmiddel naar het socialisme

Het is niet zo heel moeilijk om een coöperatie op te richten. Je hebt een startkapitaal nodig en bovenal een groep enthousiaste mensen die in een coöperatie willen gaan werken. Wij kunnen vandaag al beginnen, in Nederland. Door middel van een langzame groei van de coöperaties kan er op een bepaalt moment een kritische massa bereikt worden, gevolgd door een omslag waarbij de coöperaties de kapitalistische maatschappelijke orde niet meer accepteert. Dit omdat zij er in geslaagd is een alternatief voor de kapitalistische productiewijze te presenteren. Dit zou het moment kunnen zijn waarbij overgestapt wordt naar een socialistische samenleving. Het is natuurlijk niet zo dat dit alleen met coöperaties bewerkstelligd kan worden, maar zijn kunnen wel een belangrijke rol spelen in het vergroten van het klassenbewustzijn.

Socialisme 2.0

Door middel van een evolutie van de coöperaties, gevolgd door een revolutionair omslagpunt, kan een nieuwe socialistische maatschappelijke orde gevestigd worden. Naast het feit dat alle productiemiddelen in handen zijn van de arbeidersklasse, is de werkvloer zelf volledig gedemocratiseerd. Kenden de Sovjet Unie vooral hiërarchische organisaties en is Cuba weliswaar aan het experimenteren met coöperaties, de nieuwe socialistische maatschappij zal geheel bestaan uit coöperatieve organisaties. Hierdoor kunnen we spreken van een 'socialisme 2.0'.

(Aldus samengevat door Mark Jan.)

Democratie op de werkvloer, cooperaties en socialisme (de vier uitgangspunten van Frank) (zoals eerder getoond op facebook):

Situatie 1. Kapitalisme


Figuur 1. De situatie van de meerwaarde (en winst) in het kapitalisme

Frank: We veronderstellen dat we het eens zijn over wat er mankeert aan kapitalisme: de door de werkende klasse geproduceerde meerwaarde komt in handen van het private kapitaal. De kapitalistenklasse heeft het voor het zeggen en bepaalt wie er wat, wanneer hoe en waar produceert en wat er met de winst gebeurt. Om aan deze situatie een einde te maken voeren we al 150 jaar actie. Zie onderstaande schema.

Situatie 2. Klassiek socialisme (of zoals je wilt 'socialisme 1.0')


Figuur 2. De situatie van de meerwaarde (en winst) in het klassieke socialisme

Frank: Klassiek socialisme is de situatie zoals we die in de USSR tegen kwamen en in China tegen komen. De publieke (staats) banken  verschaffen het kapitaal. Tegenwoordig bestaan er in China ook investeringsfondsen waar kleine spaarders hun geld kunnen brengen. De controle op de ondernemingen verloopt via de staats organen en via de banken en investeringsfondsen. Het voordeel voor de werknemers is evident: zij krijgen immers ook hun deel (via de omweg van de staat, alles) van de verzamelde meerwaarde. Socialisme brengt dus rijkdom, groei en de afwezigheid van crisissen.  Er is echter een probleem, het potentieel van de expertise en kennis van de mensen op de werkvloer wordt maar gedeeltelijk gebruikt. In de USSR werd geprobeerd om al het economische verkeer vanuit de ministeries in Moskou te regelen. Maar dat levert een monolithisch en (dus) breekbaar/kwetsbaar systeem op. Je kunt niet plannen hoeveel schroefjes in het steppengras verdwijnen. Je moet beslissingen over laten aan mensen ter plekke. Hier is het het ministerie dat beslist wie wat wanneer waar en hoe wordt geproduceerd. Na en tijdens Chroesjtsjov heeft deze situatie tot veel misstanden geleid die uiteindelijk ook tot de val van de USSR hebben geleid. De interne tegenstelling tussen de plek waar de expertise aanwezig is en de plek waar de beslissingen worden genomen leidt tot spanningen en een omslagpunt. De ontwikkeling had ook minder contrarevolutionair kunnen aflopen. De algemene middelen worden vanuit de geproduceerde waarde gefinancierd.

Situatie 3. Modern socialisme (of als je wilt, 'socialisme 2.0')


Figuur 3. De situatie van de meerwaarde (en winst) in het moderne socialisme

Frank: In het (moderne) socialisme zijn het de werknemers die beslissen wie, wat waar wanneer en hoe produceert. De winst komt weer terug bij de algemene middelen. Het grote verschil is dat de arbeiders bij de les blijven en zelf de beslissingen die hun coöperatie aan gaan kunnen nemen. De overkoepelende beslissingen, het kader waarbinnen de coöperaties de beslissingen nemen, de planning als je wilt, blijft bij de staat. Maar geen planning in spoorboekjes stijl, maar aansturen d.m.v. regelkringen; regelgeving, belastingen subsidies etc. De kennis van het collectief kan direct gebruikt worden voor wat zij denken dat de juiste koers is. De Cubanen zijn hier mee aan het experimenteren. De algemene middelen worden vanuit de winsten gefinancierd, de problemen van Tito zullen we dus niet aantreffen. Zie onderstaande schema.

Situatie 4. Coöperaties in kapitalisme


Figuur 4. De situatie van cooperaties, meerwaarde (en winst) in het kapitalisme

Frank: Het leuke is dat we met dat idee van coöperaties nu al kunnen beginnen. Het is mogelijk om naast de klassieke kapitalistische structuren coöperaties te starten. Hiermee wordt geëxperimenteerd in de VS, Spanje, Italië etc. Het blijkt dat deze coöperatieve ondernemingen minstens zo vatbaar zijn als klassieke bedrijven met een enkele aandeelhouder. Mijn voorstel is om daar meer/alle aandacht aan te geven. In Nederland hebben we de unieke situatie dat alle bedrijven boven een aantal werknemers al beschikken over een orgaan dat door de werknemers wordt aangestuurd: de OR. Wellicht dat de wet op de OR een goed aanknopingspunt is om dit mogelijk te maken. Laten we in Nederland gaan experimenteren met coöperatieve ondernemingen!

Frank: Er staan dus 2 wegen open naar een socialistische maatschappij, eerst klassiek socialisme en dan de zeggenschap overhevelen naar de arbeiders of nu al de touwtjes in handen nemen en op basis van alle collectieve bedrijven een socialistische staats huishouding inrichten. Geen van beide zal zonder slag of stoot verlopen, op enig moment is een revolutie noodzakelijk maar met de coöperaties kun je al vast een voedingsbodem scheppen.

(Zie elders op deze site de presentatie zelf.)

Enschede, op internet gezet: 5 en 6 febr 2017.