Welkom

Flora

Paardebloem

Paardebloem Taraxacum officinale

 

Iedereen kent deze overal in grasland en bermen voorkomende plant en heeft wel eens met het vruchtpluis ervan gespeeld. De wetenschappelijke geslachtsnaam  van de Paardebloem, Taraxacum, stamt uit het Arabisch of Perzisch en was de naam van een paardebloemachtige plant. Het staat echter  niet vast dat dit ook werkelijk onze Paardebloem was. Zijn Nederlandse naam dankt de plant aan het feit dat het een gewild voedsel voor paarden is; dat ook andere dieren er van houden blijkt uit lokale volksnamen als Varkensbloem en Konijnebladeren.

De vorm van de bladeren, met hun driehoekige, achterwaarts gerichte lobben,  hebben voor de volksnaam Leeuwetand gezorgd, die men echter officieel  voor een geslacht van andere planten gebruikt, namelijk Leontodon.

 

Ieder geel "blaadje" is een kleine bloem met een stamper en meeldraden. Een paardebloem is dus eigenlijk een bos bloemen.
Vroeger werd het blad veel gegeten. Het werd bedekt met aarde. Het wordt dan geel. Het smaakt als witlof. Een paardenbloem bestaat uit een bundel kleine lintbloemen. Hierboven staat een afbeelding van een zo'n lintbloem.
In ieder bloemetje zit een stamper en een aantal meeldraden. In het vruchtbeginsel zit een zaadje, dat met behulp van de kelkharen verspreid kan worden.

 

 

 

[Welkom] [Boomlaag] [Struiklaag] [Kruidlaag] [Quiz] [Links]