De logica van geloven
De logica van geloven. Maar we hebben er nog steeds niets van geleerdDoor Rik MinDoor de hele geschiedenis heen hebben de mensen geprobeerd om dat wat ze niet begrepen een vorm te geven en een verklaring te zoeken. Voor donder en bliksem dachten ze in Europa aan iemand die met "een krijgswagen over de wolken reed". Het geluid deed hen er nu eenmaal aan denken en de persoon die dit zomaar kon werd een god genoemd. Denk aan Wodan, die als hij kwaad werd enorm te keer kon gaan. In Indonesie dachten de mensen dat na de dood van hun geliefden hun geest "achter de bergen" of wel nog achter elk bosje of elke woudreus moest zitten. De angst voor nachtelijke geluiden en de onkunde omtrent het dood gaan maakte zo iets aannemelijk. De natuur herbergde dan bepaalde goden; net als bij de indianen. Er zit een bepaalde logica in zo iets te geloven als je fenomenen niet snapt en uit kunt leggen aan je kinderen. De Grieken en de Romeinen hadden voor elke fenomeen wel een soort verklaring en dus ook een bepaalde "god" die dergelijke krachten kon opwekken. De christelijke wereld kwam ook niet veel verder. Bij het graf van een overledene vertelde men de kinderen maar dat hun overleden vader "nog ergens" was en dat zijn ideeën en zijn werken "voort zouden leven". Kinderen denken dan meteen aan "een plek" in plaats van in gedachte. Ouders vinden dat wel makkelijk een kind een dergelijke uitleg te geven. Dan zijn ze even zoet. Bepaalde personen wierpen zich op om die kronkelgedachtes verder op te poetsen. Je kunt ze dan mooi inhuren om mooie zalvende verhalen te vertellen, bijvoorbeeld voor aan het doodsbed van een overledene. Het ene volk had voorkeur voor begraven; het andere volk voor cremeren of door roofdieren laten opeten. Het is allemaal een vorm van cultuur. Net als klompendansen of grote feesten geven. Later kwamen dit soort lieden ook om de hoek kijken bij trouwerijen en geboortes. Een soort ceremoniemeesters. Vaak gingen ze er ook nog bij filosoferen. En kreeg je prachtige rituelen. Velen vinden dat prachtig. Het geeft het leven en werken van alledag een bepaalde kleur en kleurigheid. Alle soorten culturen zijn door de eeuwen heen gekomen en gegaan. Tempels zijn ingestort en kerken zullen net als moskeeen ook instorten. Sommige blijven behouden - en worden gerestaureerd - omdat ze een kostbare uiting zijn van een vervlogen cultuur. Maar hun goden of hun god is dan al lang al weer verdwenen en in het ergste geval vervangen door een andere god. De god van het geld of de god van het shoppen. De boeken van de Ilias en de Odysee zijn prachtige verhalen en bevatten stichtelijke verhalen over macht, oorlog, strijd en kwetsbaarheid. We halen nog steeds wel sociologische wijsheden uit die verhalen over groepsprocessen, machtsvorming en hoe men dient te overleven. De boeken van het oude en het nieuwe testament bevatten veel nuttige verhalen doorzetten. Bijvoorbeeld de tocht "door de woestijn" naar "het beloofde land" die 40 jaar duurde. Halverwege, na 20 jaar, begon het volk te morren en "een gouden kalf te aanbidden" in plaats van nog even 20 jaar door te zetten tot het einddoel bereikt was. De geschiedenis zit vol met dergelijke beloftes voor een betere wereld. Maar de bevolking pikt het nu eenmaal vaak niet. Denk aan de Oost-Europese volkeren die begonnen te morren toen in 1989 de beloftes van het socialisme wat te lang uit bleven. Denk ook aan de parabel van de wijngaard. De loonarbeider die in de middag kwam werken kreeg evenveel loon als de arbeider die al in de ochtend aan de gang was geweest. Dat zijn verdelingsvraagstukken die moeilijk uit te leggen zijn en dan maar in een fantasieverhaal worden gegoten. Dan gaan de menen daar over nadenken. Vaak in de goede richting. Denk ook aan de rol van sprookjes. Er zitten levenslessen in. Waarschuwingen om niet met vreemde mannen mee te gaan of het onrecht van heel veel "assepoesters" op te vrolijken met "een prins op een wit paard". Aanschouwelijk onderwijs voor de massa. Naast mythes en sages hebben "heilige boeken", sprookjes en culturele gebruiken in de tijd voor de Verlichting en voor dat de wetenschap opkwam soms wel een soort nut gehad. Het heeft dus allemaal niks met goden of een god te maken, maar met verklaringen voor onbegrepen fenomenen en krachten die men nog niet kende. Nu wel! Nu denken we anders. Nu zijn we 'god-vrij'. We kijken met belangstelling naar oude dingen, oude filosofieen, oude theorieen en oude uitleggen. We weten dat ze achterhaald zijn. Maar hebben een bepaald soort respect voor oude gebouwen, tempels, sprookjes, boeken met rare verhalen. We weten nu: de mensen wisten in het verleden nu eenmaal niet beter. Je moet alles in zijn tijd zien. Je moet de evolutie zien. Ooit weten we hoe dingen echt in elkaar zit. Maar we hebben nog een lange weg voor de boeg. Want de achterlijkheid is nog steeds net weg. We worden nog steeds elke dag gehersenspoeld. We geloven de media nog steeds. Vroeger zat je een uur per week zondags (of zaterdags of vrijdags) in de kerk (of synagoge of moskee). En liet je jezelf volgieten met pulp-gedachtes. Tegenwoordig zitten mensen uren per dag TV te kijken en Hollywood films vol pulp te bekijken. De Amerikaanse 'way-of-life' wordt er in geramd. Ook het nieuws klopt niet meer. We worden klaargemaakt voor een consumptiemaatschappij. Voor een massa die nieuwe goden krijgt aangepraat. Er worden ons oorlogen aangepraat. Er worden ons bezuinigingen door de strot geduwd. Er worden ons nieuwe vijanden opgedrongen. We werken maar en werken maar. Twee-verdieners kunnen niet eens meer een gezin onderhouden; laat staan een betaalbaar huis krijgen. Men gelooft de economen. Men gelooft de politici. Men gelooft de media. Men gelooft zelfs dat links en rechts niet meer bestaan. Er staan ook valse profeten op. Als we niet uitkijken wordt het wetenschappelijk onderwijs afgebroken en goede wetenschappers roependen in de woestijn. Er moet iemand komen die roept dat de keizer geen kleren meer aanheeft of een soort Jezus die 'de tollenaars uit de tempel' verjaagd. TOELICHTING: |