ONDERZOEKSOPDRACHT 2000-2001

Onderzoek naar effect van verschillende ICT-designs bij leer-specifieke taken

(in web-based leer-omgevingen)

ISM

(Proefopstelling is bij de afdeling voorhanden)

Dr. ir. Rik Min

Nee

De projectgroep 'Parallellisme in doe-, werk- en leeromgevingen' wil weten hoe men leer-omgevingen kan en moet inrichten, zodanig dat men de juiste vorm en inhoud van instructie-materiaal kan voorspellen, en zodanig dat de een jong volwassene uit bedrijfsleven met alle in die omgeving voorkomende onderdelen goed kan werken.

Onze projectgroep heeft een theorie ontwikkeld over het aanbieden van problemen en instructie op een beeldscherm. Aangaande een enkele ontwerpvariabele hebben wij in de afgelopen maanden drie proefopstellingen (pre-prototypen) op het web gebouwd.

Die onderzoeksvariabele heeft betrekking op:

- vorm en plaats van de begeleidende instructie.

NB. De constanten bij dit experiment en de proefopstelling zijn:

1. dezelfde werkomgeving (een doe-omgeving)
2. dezelfde instructiematerialen (voor de coaching)
3. dezelfde leermethode: problem solving (een taak-oplossen).

De projectgroep heeft een uitgebreid archief met allerlei soorten artikelen over het betreffende onderwerp.

(De assistent in opleiding van de projectgroep, mw. Drs. M. Claessens en dr. ir. R. Min beheren dit archief.)

Er zijn drie verschillend voorgegeven web-sites met een serie eenvoudige taken. De proef-opstelling is een doe-omgeving. In deze doe-omgeving moeten onervaren mensen eenvoudige taken (kunnen) uitvoeren. Elk van deze doe-omgeving (een web-site) verschilt op een punt wezenlijk. We hebben uiteindelijk drie specifieke condities (van een en dezelfde onderzoeks-variabele)

Wij hebben drie hypotheses opgesteld; gebaseerd op een ontwerp-theorie voor dit type leer-omgeving. Het is de bedoeling dat je de prototypes uit onze proefopstelling aan een grondige onderzoek met native proefpersonen onderwerpt en een passende analyse probeert te maken (gebaseerd op waarnemingen en het ruwe statistisch materiaal) en - tot slot - een uitspraak doet over onze hypotheses. TO-studenten lijken ons hiervoor goede proefpersonen. Doel is te onderzoeken of deze 'doe-taak' op een beeldscherm (ergonomisch) adequaat is vormgegeven (ontworpen) en of het doel (het kunnen werken en een taak kunnen uitvoeren) werkt.

Jullie zullen een test moeten afnemen. Men moet de opdracht foutloos en snel (kunnen) maken. Jullie zullen (dus ook) tijden moeten meten en goed moeten kunnen observeren (incl. een logboek moeten bijhouden). Je zult zelf met een (beter) script (dan een bestaand script) moeten komen. (We hebben voorbeelden.) We verwachten een significant verschil tussen de drie condities.

Studenten zullen met voldoende aantal proefpersonen bij deze drie verschillende gestructureerde web-sites gedragsobservatie moeten doen en de gegevens - die eruit voortvloeien - statistisch vergelijken en verwerken, en met algemene wetenschappelijk, nuttige verklaring moeten komen.

De begeleider dient ervoor te zorgen dat alle noodzakelijke randvoorwaarden en hulpmiddelen beschikbaar zijn of door studenten in de beschikbare tijd gemaakt kunnen worden. Hieronder staat een aantal van deze randvoorwaarden en hulpmiddelen genoemd.

- Rik Min, kamer H212, tsl. 3585, b.g.g. 3611

- Mona Claessens, kamer H206, tsl. 3874, b.g.g. 3611 (reserve)

Referentie:

Groenewoud, U.A., J. ter Burg, W. Akkermans en R. Min. Effect van mate van parallellisme op taakuitvoering en gepercipieerd gebruiksgemak.

In: proceedings onderzoeksopdrachten (W. v.d. Linden, S. Oosterloo en H. Vos; 1996).

PC in practicumlokaal met Netscape of Internet Explorer

Geen

Studenten moeten affiniteit hebben met digitale doe-, werk- en leeromgevingen en kennis van moderne instructiemethoden.

De proefopstelling staat op:

http://to-www.to.utwente.nl/TO/ism/course/sim/index.html