Evaluatie van de site Multimedia-Programmeren

Door: Mariëlle (M.M.N.) Kuijper
(in opdracht van Rik Min)
Enschede, 21-01-2000
Faculteit der Toegepaste Onderwijskunde, Vakgroep Instrumentatietechnologie.

In de voorliggende evaluatie wordt ingegaan op de beoordeling van de site MultiMedia-programmeren op het web adres: http://to-www.to.utwente.nl/TO/ism/course/mmp/index.html

De beoordeling van deze site dient ter ter afronding van het theoretische deel van het vak MultiMedia-programmeren (193519) waarvoor reeds een voldoende voor het practicumdeel is behaald.

Bij deze evaluatie is rekening gehouden met de achterliggende filosofie van de auteur(s), zoals deze te vinden is op de filosofiesite. Hierbij is ook aangegeven dat de site onderdeel uitmaakt van een groter geheel dat onder andere ook bestemd is voor buitenlandse vakcollega’s en andere geïnteresseerden.

Als uitgangspunt bij deze korte evaluatie is de (waarschijnlijk meest frequente) gebruiker genomen; de student van de faculteit die het vak Multimedia programmeren volgt. Deze wordt niet als novice in een multimediale omgeving beschouwd, maar als student die tot doel heeft iets te leren.

Tweede uitgangspunt bij deze evaluatie is dat de site een leerfunctie heeft. Dus buiten de informatieve waarde ervan staat kennis verwerven centraal in de breedste vorm zowel procedurele -, als declaratieve- en feitenkennis, strategieën en de representatie hiervan.

Laatste uitgangspunt is dat de evaluatie is gericht op het onderwijsdeel van de site en zich concentreerd op de aspecten; teksten, vormgeving, visualisatie & kleurgebruik en inhoud & navigatie. Daar waar opbouwende kritieken gegeven worden, worden waar mogelijk suggesties gedaan voor verbetering.

Teksten

Zoals door de docent is aangegeven in het vooroverleg, zal er nog taalkundig over de site gekeken worden. In de teksten zijn een aantal inconsistenties te vinden waarvan er hieronder een aantal weergegeven zijn.

  • De aanspreekwijze van de gebruiker (de student) varieerd nogal van zeer formeel (:‘u ziet een klein aantal’…) tot uiterst losjes; (‘jullie kunnen stoeien met….’) De aanspreekwijze van de gebruiker veranderd naarmate men vorderd in de cursus. Voorstel is om één aanspreekwijze te kiezen en deze consistent door te voeren in het taalgebruik binnen de site.

    Commentaar RM: Dat gaan we z.s.m. - als de tijd het ons toelaat - doen.

  • Een overeenkomst is te vinden in een aanspreekwijze van studenten die meer stimulans naar de doelgroep biedt wanneer meer complexe werkmethoden worden geformuleerd als uítdaging, i.p.v. de huidige formulering: ‘Er is nog een derde methode. Die is maar voor een enkele weggelegd’…( Leestekst 10 onderaan)). Een verbetering zou zijn: "In het keuzevak… wordt de mogelijkheid geboden vaardigheden in het … programmeren te krijgen. Het kunnen beheersen van deze methode vereist speciale voorkennis van…"

    Commentaar RM: Dat gaan we z.s.m. - als de tijd het ons toelaat - doen.

  • Figuurnamen ontbreken bij de afbeeldingen; hiernaar wordt wel verwezen in de teksten.

    Commentaar RM: Dat gaan we z.s.m. - als de tijd het ons toelaat - doen.

  • Vakcodes ontbreken in de inleiding bij aan MMP (193519) gerelateerde vakken. Vermeld deze in ieder geval de eerste keer dat het vak genoemd wordt, met daarachter de afkorting van het vak, die daarna gebruikt kan worden om het vak te benoemen.

    Commentaar RM: Dat gaan we z.s.m. - als de tijd het ons toelaat - doen.

  • Ieder vak heeft de beschikking over één studiehandleiding. Bij de gebruiker kan verwarring ontstaan wanneer er ineens ‘Studiehandleiding 10’ blijkt te bestaan. De term ‘Studiehandleiding’ is in feite gereserveerd om een samenhangend deel informatie over een vak weer te geven en staat ook als zodanig bekend. Voorstel is om de nummering van de studiehandleiding weg te laten: Studiehandleiding : Frequent Gestelde Vragen (FAQ's)

    Commentaar RM: Dat gaan we z.s.m. - als de tijd het ons toelaat - doen.

  • Het gebruik van (dezelfde) headings is niet door de hele site consistent doorgevoerd. Er wordt vaak een andere heading of een synoniem gebruikt (Hierop wordt nog teruggekomen bij de paragraaf ‘Navigatie’) Het lettertype in de headings is vet afgedrukt en in verhouding groot waardoor het streng overkomt. Voorstel is om de tekstopmaak voor de site opnieuw te bekijken en de headings ‘italic’te maken.

    Afmetingen van de tekstvelden en vormgeving

    De tekstvelden zijn van de meeste pagina’s te breed in verhouding tot het gebruikte lettertype. Een voorbeeld is te vinden op iedere pagina, maar speciaal zou de rode tekst van de mededelingen genoemd kunnen worden op de homepage. Prettig te lezen zijn testen die ˝ tot 2/3 van de volledige beeldschermbreedte beslaan.

    Gezien de principes van parallelisme kan de interface van deze site overzichtelijker gemaakt worden door bijv. aan de linkerzijde van het beeldscherm een overzichtsscherm te maken waarin de links weergegeven staan, en in het rechterscherm de teksten. Dit geld zeker voor leesteksten indien visuals en text gecombineerd worden (Dual-Coding theory, Paivio 1969, 1971). Ook kan man aan de linkerzijde de concrete uitwerking laten zien van wat in de leertekst (rechts) getoont wordt. Op deze wijze is vrij eenvoudig een concreet-abstract stimulus respons paar samen te stellen dat het onthouden van de leesstof bevorderd.

    Commentaar RM: We hebben gekozen voor een recht-toe-recht-aan-interface. Wij willen studenten met een gewoon telefoonlijntje niet teveel connect-uren laten maken. Ook speelt mee dat de docenten op low-budget-basis hun site zelf moeten maken en onderhouden. En omdat ikzelf een speciale manier van werken hanteer: namelijk niet met moeder-files werken, maar direct met dochter-files. Ik houd persoonlijk - tot nu toe - ook niet van frames. Dus die gebruik ik alleen in situaties als de commercie dat vereist. Dus niet vanwege de functionaliteit van frames, die is bijna altijd goed, maar vanwege technische overwegingen. Zie de speciale web-pagina met onze filosofie.

    Een soortgelijkend voorbeeld hiervan is te vinden in het ‘online multimedia leerboek’ op http://to-www.to.utwente.nl/TO/ism/course/mmsim/BoekNL/index.html dat een goede illustratie is van een mogelijke toepassing binnen een multimedia site.

    Visualisatie en kleurgebruik op de sites

    Zoals aangegeven wordt in de site is er een bewuste en overwogen keuze gemaakt voor de kleurstellingen van tekst en background in de sites van dit vak. De argumentatie achter deze keuze kan echter geen financiele of economische basis hebben, de redenen daarvan worden beargumenteerd. Het verschil in laadtijd van de gekleurde backgrounds ten opzichte van een helder witte background is nilhil. Dit argument was in het verleden geldig bij (nu verouderde) 486 machines die een kleinere processor cappaciteit hadden. De huidige generatie multimedia machines, pentium II en III generaties kennen dit probleem niet meer. Verondersteld mag worden dat de gebruikers (studenten) die dit vak volgen de beschikking hebben over dergelijke apparatuur zowel thuis en/of op de faculteit. De site is samengesteld voor, en gericht op een specifieke doelgroep die bepaalde kenmerken heeft en de beschikking heeft over bepaalde middelen. Binnen de onderwijssetting van deze faculteit worden deze kenmerken als uitgangspunt genomen (doelgroepomschrijving) bij het ontwerpen van onderwijs.

    Het invoeren van een kleurcode tijdens het samenstellen van een site is zo’n eenvoudige ingreep, dat dit geen geldig argument zou mogen zijn om om reden van kostenoverwegingen deze ingreep achterwege te laten. Een voorbeeld: #FFFFFF (helder wit) kan als achtergrond vervangen worden door #113D8D (netjes donkerblauw) voor sites die voor vakcollega’s bestemd zijn of #40FFFF (cyaan) bijvoorbeeld voor studenten, #000001 of #001103 zijn ook goede keuzen indien gekozen wordt voor een zwarte letter. Indien de tekst opgemaakt wordt (zoals voorgesteld in paragraaf ‘teksten’van deze evaluatie) en gelay-out in een tabel, kost dit niet meer of minder dan een tekst van volle pagina-breedte.

    Commentaar RM: Dit ligt wat moeilijker, maar we gaan kijken of we ons beleid moeten vranderen. Tot op heden is ons beleid geweest: gewoon simpel, zwarte letters op de gewone (dus geen), volledig effen, standaard-achtergrond (dus grijs op WindowsNT en wit op Macintosh).

    Navigatie en inhoud

    Juist binnen sites met een onderwijsdoel hangt de inhoudelijke kant en de navigatiemogelijkheden voor de gebruiker nauw samen. Hieraan liggen algemene psychologische constructen ten grondslag zoals het gebruik van schema’s, meaningful learning en situated cognition. Deze constructen benadrukken nog eens hoe een individu kennis organiseerd en weer ophaald (retrieval) en hebben daarmee ver strekkende implicaties voor het ontwerp van leersystemen. (Park, I. & Hannafin, M.J.) Om deze reden dient er bij het ontwerp van deze site dan ook rekening met deze construkten gehouden te worden, die hierna op de doelgroep gericht worden.

    In de paragraaf ‘Background’ bij het deel ‘Visualisatie en kleurgebruik op de sites’ is aangegeven dat er bij het ontwerp van de site gebruik gemaakt kan worden van een doelgroep omschrijving die bepaalde kenmerken heeft. Een van deze kenmerken is de ervaring die de doelgroep reeds bezit m.b.t. het gebruik van curricula (in dit geval de studiehandleiding) en de indeling ervan. Bij het ontwerp van de site dient men dan ook rekening te houden met het mentale model dat de gebruikers hebben over de wijze waarop en waar men gewenste informatie kan vinden dat betrekking heeft op het curriculum. (Norman, D. in: Human Computer Interaction). Rosch (1978) noemt dit de ‘cognitieve economie’ waarbij de gebruiker continu balanceerd tussen de aangeboden (nieuwe) informatie en de hem/haar reeds gekende categorieen en wel op zo’n manier dat de maximale hoeveelheid informatie eruit gehaald kan worden. Om de gebruiker niet te frustreren dient daarom de struktuur (opbouw, zowel als navigatie) van de site dan ook aangepast te zijn aan het concept, (of het mentale model van de gebruiker) dat qua navigatie aan dient te sluiten bij het skill based level (Rasmussen, 1988) dat tot de automatische routines van de gebruiker behoort.

    Tekstgebaseerd
    De opbouw van de site is tekst-gebaseerd, zoals het volgende voorbeeld laat zien: (Studiehandleiding 1: de opbouw van het vak)

    De informatie over het vak 'Multimedia programmeren' is op deze pagina als volgt ingedeeld. Eerst beschrijven we de opbouw, daarna de doelstelling van dit vak. We doen dat in de vorm van een beschrijving van de leerdoelen. Daarna zeggen we iets over de outline van de 7 colleges en de tentamen-eisen. Vervolgens bespreken we stap voor stap de cursus, incl. de 10 practica . De cursus-teksten zullen in principe ook in een syllabus verkrijgbaar zijn, voornamelijk omdat TO dat voorschrijft. In de cursusteksten zijn een groot aantal draaiende voorbeelden opgenomen en een groot aantal sources als voorbeeld. Vele van die source-voorbeelden zijn ook runable.

    Het is een gemiste kans dat deze site steunt op tekstgebaseerde instruktie in plaats van op hypertekst of een andere presentatiewijze. Het is echter geen grote moeite deze in een multimedia omgeving als hypertekst te bouwen, zeker gezien de hoeveelheid informatie die de makers van de site aan de gebruiker aanbieden.

    Een suggestie is om van de instruktie hypertekst te maken:

    De informatie over het vak 'Multimedia programmeren' is op deze pagina als volgt ingedeeld. Eerst beschrijven we de opbouw, daarna de doelstelling van dit vak. We doen dat in de vorm van een beschrijving van de leerdoelen. Daarna zeggen we iets over de outline van de 7 colleges en de tentamen-eisen. Vervolgens bespreken we stap voor stap de cursus, incl. de 10 practica . De cursus-teksten zullen in principe ook in een syllabus verkrijgbaar zijn, voornamelijk omdat TO dat voorschrijft. In de zijn een groot aantal draaiende voorbeelden opgenomen en een groot aantal sources als voorbeeld. Vele van die source-voorbeelden zijn ook runable.

    Een tweede suggestie is om gebruik te maken van het mentale model van de gebruiker waarbij de ontwerpers rekening houden met de ervaring van de gebruiker en zijn informatie-zoekbehoefte. De voorkeur gaat met name uit naar dit ontwerp wanneer het een struktuur betreft die vaak geraadpleegd moet worden. De gebruiker hoeft dan niet meer te scrollen – iets dat binnen deze site soms op kan lopen tot 8 à 9 A4 vellen onder elkaar. De browse-snelheid ligt bij klikken hoger dan bij scrollen en de ‘dwell-time’ per pagina die niet interessant is voor de gebruiker blijft laag. Het stuk bovenstaande tekst zou er als volgt uit komen te zien:

    Opbouw
    De doelstelling van dit vak
    Beschrijving van de leerdoelen
    De outline van de 7 colleges
    Cursusteksten
    De tentamen-eisen

    De 10 practica
    Draaiende voorbeelden
    Sources als voorbeeld
    Runable source-voorbeelden
    Cursus-teksten in een syllabus

    Zoals uit deze opsomming met ‘links’ blijkt, stelt deze vorm van representeren hogere eisen aan de juiste woordkeuze (semantiek) van een link om een inhoud weer te geven dan in een hypertekst. De syllogiek van de tekst (zoals in het eerste voorbeeld) kan de gebruiker hier dus niet van dienst zijn, hooguit kan de gebruiker wat opmaken uit de volgorde waarin de ‘links’ worden aangeboden en deze toetsen aan zijn of haar verwachtingspatroon. Slecht gekozen teksten of woorden kunnen leiden tot ‘trail-en-error’ gedrag van de gebruiker waardoor deze gefrustreerd kan raken, wat zeker het geval kan zijn in uitgebreide omgevingen.

    Headings (of:struktuur aanduiders)
    Headings worden door de gebruiker geïnterpreteerd als een omschrijving van hetgeen ze m.b.t. de inhoud kunnen verwachten (mental model). Met betrekking tot het gebruik van headings dienen de volgende punten aandacht te krijgen;

    Eerste punt is het overeenkomstig woordkeuze of taalgebruik (semantiek) in de ‘links’, dit is hiervoor (in:Tekstgebaseerd) al benoemd.

    Belangrijk punt in de instruktie is, dat wat er staat ook juiste informatie is om zodoende de gebruiker niet te frustreren. Dit is waarschijnlijk niet gecontroleerd in deze site.

    Dus ongeacht of de headings onjuist zijn en de inhoud correct of niet, moet er voor de gebruiker een herkenning zijn dat hij/zij een juiste navigatie handeling heeft uitgevoerd. Dit kan men bereiken door na het klikken op een link de gebruiker terecht te laten komen op een heading met dezelfde titel. Het nadenken over het navigeren door een site verstoord de gebruiker in zijn informatie-zoekproces dat in dit geval tot doel heeft een cognitief proces ingang te zetten.

    Op welke wijze de gebruiker het op dit moment aangeboden krijgt is geïllustreerd in de volgende twee overzichten:

     

    Dit geeft de heading aan:

     

    Dit is er voor de gebruiker te vinden:

     

    Studiehandleiding 1: de opbouw van het vak

     

    De plaats van dit vak in het TO-curriculum

    de opzet

     

    ??

    de doelstellingen (apart benoemd)

     

    Doelstellingen en leerdoelen (samengevoegd)

    de leerdoelen (apart benoemd)

       

    ??

     

    Courseware Engineering Architecture

    Toelichting:
    De tweede zin (in de tekst); Eerst beschrijven we de opbouw, daarna de doelstelling van dit vak.’ Dit is echter niet het geval; de gebruiker zal in plaats van ‘de opbouw’ , zoals de instruktie aangeeft de paragraaf De plaats van dit vak in het TO-curriculum’ vinden.

     

    Dit geeft de heading aan:

     

    Dit is er voor de gebruiker te vinden:

     

    Studiehandleiding 6: Plan van aanpak,

     

    Een 8-stappenplan met punt 8: de gereedschappen

    Alles over het practicum,

     

    ??

    De library,

     

    De bibliotheek 'WebStuff'
    De bibliotheek 'WebLib'

    De gereedschappen

     

    ??

    T.a.v. punt 3: ‘Een heading kan hooguit één keer voorkomen, dit geldt ook voor gebieden die qua inhoud of onderwerp hieraan grenzen’:

    Voorstel is om de inhoud van de pagina’s ‘de opbouw van het vak; doelstellingen’, ‘eindtermen en de eisen die we stellen’ en ‘voor- & na-traject’ (studiehandleiding 1, 3 & 4) opnieuw in te delen. Op verschillende pagina’s wordt gedeeltelijk dezelfde inhoud besproken. Een voorbeeld is het noemen van ‘de leerdoelen en doelstellingen’ en op een andere pagina ‘de ingangseisen en de eindtermen’. Het onderscheid tussen deze twee pagina’s komt niet geheel uit de inhoud naar voren waardoor de indruk gewekt wordt dat er met synonimen gewerkt wordt. Een vergelijkend voorbeeld is de terminologie die in de sub-headings is gebruikt in studiehandleiding 4: ‘kennis en vaardigheden en ‘kunnen en kennen’.

    T.a.v. punt 4: ‘Headings moeten op een voor de gebruiker logische wijze ingedeeld zijn’.

    ‘Over de casuistiek: modellen en formules’ Dit is niet wat een gebruiker verwacht aan te treffen onder het hoofdstuk ‘Deel 1: De Organisatie (studiehandleiding)’. De casuistiek is een te behandelen onderdeel dat de vakinhoud betreft en hoort om deze reden hier niet thuis maar wel onder het ‘Deel II De theorie (leesteksten cq. toetsstof)’ en staat los van de organisatie van dit vak. De link naar de pagina casuistiek is nu nog direct zichtbaar voor de gebruiker, maar wanneer alleen gewerkt wordt met links, vindt de gebruiker deze pagina waarschijnlijk niet, in ieder geval niet daar waar hij/zij deze verwacht te vinden. (Zie als voorbeeld bijlage 1)

    Algemeen
    1. De navigeerinstrukties voor de site (hoe je het beste de pagina’s kunt bekijken) staat onderaan de pagina. Voorstel is om deze bovenaan de pagina te vermelden. (Zie bijlage 1)

    2. De docenten staan ook onderaan de pagina vermeld en geven aan opbouwende kritieken op de site op prijs te stellen. Ook deze kan met een link bovenaan de pagina gezet worden samen met een suggestie aan de gebruiker op welke manier de docenten het liefst benaderd willen worden: per mail òf langskomen op de werkplek.

    Commentaar RM: zeer degelijk; zeer goed alles gekeken;
    zeer nuttig voor ons als docenten-team; cijfer 8+

    Literatuur

    Bij de evaluatie is gebruik gemaakt van de volgende literatuur;

    Benjafield, J.G. (1992) Cognition. London: Prentice Hall.

    McAleese, R. (199?) Concepts as Hypertext Nodes: The Ability to Learn While Navigating Through Hypertext Nets. Chapter 6 in: Designing Hypermedia for Learning. Ed. by Jonassen, D.H. en Mandl, H. Berlin: Springer-Verlag.

    Park, I. Hannafin, M.J. (19..)Empirically-based guidelines for the design of interactive Multimedia. ETR&D Vol.41 No.3

    Preece, J.[et al.] (1994) Human-Computer Interaction. New York: Addison Wesley.

    Ravden, S.J. & Johnson, G.I. (1989). Chapter 3 & 4 in: Evaluating usability of human-computer interfaces: a practical method. Chichester: Ellis Horwood.

    Schoenmaker, J. & Stanchev, I. (1994) Visualisation; principles and tools for instructional visualisation. Enschede: University of Twente; Faculty of Educational Science and Technology.