Corry Westgeest (57) te Enschede, zorgmanager en lid van de Nieuwe Communistische Partij Nederland (NCPN)
Je staat tweede op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen. Maar gezien de marginale electorale positie uit het verleden is een splinterpartij als de NCPN toch kansloos?
De NCPN maakt wel degelijk een kans om in de Tweede Kamer te komen. De mensen zijn ontevreden. Het tumult rond Pim Fortuyn heeft dat bewezen. Wij staan alleen niet achter de oplossingen die Pim Fortuyn aandroeg. We merken dagelijks dat er veel belangstelling is voor de opvattingen van onze partij. Dat blijkt uit de verzoeken van de media voor interviews, de aanwas van nieuwe leden, uit de reacties in onze persoonlijke contacten. Ook wereldwijd worden communistische bewegingen sterker. We zijn daarom optimistisch.
Wat drijft je in de politiek?
Het nastreven van rechtvaardigheid. Gewone mensen moeten meer kansen krijgen om zich te ontwikkelen.
Je bent communiste. Ben je ook een atheiste?
Ja. Niemand heeft mij er van kunnen overtuigen dat God bestaat. Voor mij bestaat God dus ook niet.
Ben je fel anti-kerk of anti-religie?
Nee. Ik ben katholiek opgevoed. Religie kan een positieve invloed op mensen hebben, maar veel geloven onderdrukken de gelovigen en belemmeren de emancipatie van mensen. Als God liefde is en de mensen oproept tot naastenliefde, dan zou de wereld er toch veel beter uit moeten zien dan nu?
Hoe steekt je religieuze biografie in elkaar?
Ik ben de tiende uit een gezin van twaalf kinderen in Leidschendam. Ik hoor mijn moeder nog elke avond voorlezen uit het boek ëMoeders mooiste uurtjeí. Dat ging over Jezus en zijn discipelen en zo. Mijn moeder speelde ook piano. Met Kerstmis zongen we allerlei kerstliedjes. We gingen ook naar de kerk. Maar op de lagere school ben ik al eens begonnen met een keer niet naar de kerk te gaan. Ook later klonk het me in de kerk allemaal als te mooi om waar te zijn in de oren.
Raak je wel eens zo ontroerd, verwonderd of vertwijfeld, dat het bijna een religieuze ervaring is?
Er is veel dat de mensheid niet of nog niet weet of begrijpt. De wetenschappen ontdekken steeds meer, de wereld verandert voortdurend. Maar of ik wel eens een religieuze ervaring heb? Dat niet. Wat het betekent voor mensen om jarenlang in oorlogssituaties te moeten leven, om jarenlang angst te moeten hebben, om jarenlang kou of armoede te lijden, dat kan ik als mens eigenlijk niet bevatten. Maar dat raakt me wel diep.
Heb je angst voor de dood?
Nee. Dood is dood. Wanneer een mens doodgaat en de manier waarop hij doodgaat, daar denk ik wel eens over na. Ik hoop niet jarenlang te moeten lijden of dement te worden. En ik wil nog graag een tijdje mee.
Geloof je in een leven na de dood?
Dat weet ik niet. Niemand kan mij vertellen dat er na de dood wel iets is.
Wil je later begraven worden of gecremeerd?
Ik wil gecremeerd worden. Bij mijn uitvaart moet er naast alle droefenis ook plezier gemaakt worden. En ik zou graag willen dat mijn as wordt uitgestrooid over de wereldzeeÎn. Want ik hou van wijdse ruimten en grootse vergezichten.
Opgetekend en geschreven door Theo Krabbe, Tubantia
Enschede, jan. 2003